English Artikel  

                 
René Van Someren

Wetsvoorstel Examineren in groepsverband


Individueel diplomeren - Aantoonbaar individueel presteren

Geplaatst op: 1 mei, 2013
Download: Concept initiatief wetsvoorstel


Ook binnen wettelijk erkende opleidingen worden soms examens, of examenonderdelen, in groepsverband of in duo's afgenomen. Zo krijgen studenten opdracht om - samen met één of meerdere anderen - een scriptie op te stellen of om een presentatie te houden. Deelnemers aan het beroepsonderwijs moeten soms - als onderdeel van hun examen - samen met anderen een product vervaardigen, zoals een computersoftware-applicatie. Op zich is daar niets op tegen, maar het vormt wel een extra uitdaging voor het beoordelen van de vereiste kennis en vaardigheden van iedere afzonderlijke examenkandidaat. Een eindproduct kan op zich 'in orde' zijn, maar houdt dat automatisch in dat, van de groep die dat product heeft opgeleverd, iedere deelnemer volledig aan alle gestelde exameneisen voldoet? En als het eindproduct als 'onvoldoende' wordt beoordeeld, kan dan zondermeer worden gesteld dat geen enkele deelnemer van de betreffende examengroep aan de gestelde eisen voldoet?

Intuïtief zullen velen stellen dat - uiteraard - tijdens het examineren aan bepaalde voorwaarden moet worden voldaan. Zo moet ...

  • ... duidelijk zijn welke specifieke bijdrage iedere examenkandidaat aan het geheel heeft geleverd;
  • ... iedere examinator over verschillende prestatieniveaus van examinandi, dienovereenkomstig verschillend oordelen;
  • ... iedere examenkandidaat aantonen aan alle exameneisen te voldoen (dus niet slagen indien slechts is aangetoond op een onderdeel van de exameneisen 'voldoende' te presteren);
  • ... iedere examenkandidaat in staat worden gesteld aan te tonen in voldoende mate aan het geheel van exameneisen te voldoen (dus niet zakken indien slechts is aangetoond op een onderdeel van de exameneisen zwak te presteren).

Voor velen zal dit logisch klinken, of wellicht zal dat volgens hen zelfs als vanzelfsprekend moeten gelden. Toch gaat dit in de praktijk heel vaak anders. In de praktijk staren veel examinatoren zich blind op het eindproduct. Zo kijken zij bijvoorbeeld of de betreffende scriptie van voldoende kwaliteit is, of zij kijken of het betreffende computerprogramma 'werkt', zoals verwacht wordt. Indien de gezaghebbende beoordelaars tevreden zijn over het eindproduct, dan krijgen - in veel gevallen - alle groepsleden een voldoende, ongeacht de bijdrage die ieder van hen aan dat product heeft geleverd. Bij een negatief oordeel over het eindproduct krijgen - in veel gevallen - alle groepsleden een onvoldoende als examenoordeel. In het laatst genoemde geval is het goed mogelijk dat er groepsleden zijn die wel aan de gestelde exameneisen voldoen, maar - door taakverdeling of andere oorzaken - niet in staat zijn geweest om hun relevante kennis en vaardigheden te tonen, of dat de lage kwaliteit van het eindproduct te wijten is aan prestaties van andere groepsgenoten. Dergelijke goedpresterende examinandi kunnen daardoor ten onrechte een onvoldoende krijgen of wellicht zelfs ten onrechte voor hun examen zakken. Het eerstgenoemde geval leidt er toe dat aan mensen een diploma wordt verstrekt dat geldt als wettelijk erkend bewijsmiddel van kennis en vaardigheden waarover zij niet beschikken.

Ongeacht of hier nu onkunde of onwil, kortzichtigheid of gemakzucht aan ten grondslag ligt, in de praktijk komt het nog veel te vaak voor dat examinatoren liever het risico nemen om examinandi ten onrechte te laten slagen of te laten zakken, dan dat zij (extra) moeite doen om examenprestaties van individuele examinandi te beoordelen. Soms wordt het examinatoren moeilijk gemaakt om dergelijke individuele beoordeling uit te voeren, bijvoorbeeld omdat zij gedwongen worden te werken met examenproducten waarvan de vervaardigers onvoldoende rekening hebben gehouden met de verantwoordelijkheden waar examinatoren in dit kader uitvoering aan moeten geven. Soms zijn niet slechts examenopdrachten dusdanig ontworpen dat het vaststellen van afzonderlijke prestaties van individuele examinandi bemoeilijkt wordt, maar zijn ook toetsingsrichtlijnen en -criteria zodanig opgesteld dat het volgen ervan onmogelijk kan leiden tot afzonderlijke beoordeling van individuele prestaties van examinandi.

Binnen het onderwijs groeit het besef dat dergelijke werkwijze onoordeelkundig, onprofessioneel en onrechtvaardig is. Zo zijn er in toenemende mate examinatoren die - vaak op eigen initiatief - expliciet kijken naar de individuele prestaties van examinandi en sommige examinatoren redigeren zelfs examenproducten om zichzelf tot dergelijke oordeelsvorming in staat te stellen. Dergelijke initiatieven leiden vervolgens soms weer tot protesten van examinandi die vinden dat hun prestaties bij verschillende examinatoren volgens verschillende normen worden beoordeeld. Ook worden examinatoren soms terug gefloten door examenorganen of superieuren, omdat zij onbevoegd zouden 'sleutelen' aan eerder goedgekeurde examenproducten. Vooralsnog lijkt er onvoldoende sense of urgency te zijn om hier collectief verbetering in aan te brengen.

Om binnen het wettelijk erkend onderwijs ten aanzien van het examineren in groepsverband één uniform geldende norm te hanteren, is een initiatief wetsvoorstel ontworpen waarmee de boven genoemde voorwaarden expliciet bij wet worden vastgelegd. Acceptatie van dat wetsvoorstel moet ontwikkelaars van examenproducten, examinatoren en examenorganen er toe aanzetten om expliciet en voldoende rekening te houden met die voorwaarden, opdat examinandi die tijdens hun examen voldoende hebben gepresteerd daarvoor terecht worden beloond en dat aan examinandi waarvoor dat niet geldt, geen wettelijk erkende valse verklaringen van kennis en kunde wordt verstrekt.

Het volledige concept initiatief wetsvoorstel kunt u hier downloaden.

                    



Telefoon: +31 (0)6 3300 4094      E-mail: info@vansomeren.com