English Artikel  

                 
René Van Someren

Fusies en overnames


Enkele juridische aspecten

Geplaatst op: 1 augustus, 2012

Een fusie of overname van een of meerdere ondernemingen is zowel een bedrijfskundig als een bedrijfseconomisch en een juridisch proces. De interesse om tot een fusie of overname over te gaan heeft veelal een bedrijfseconomische of bedrijfskundige oorsprong, zoals de verwachting door schaalvergroting gemiddeld lagere kosten te zullen hebben of om minder afhankelijk te zijn van toeleveranciers. Maar ook de juridische aspecten van een dergelijke transactie zijn cruciaal. Het is dan ook niet verwonderlijk dat aan het begin van een dergelijke transactie (of zelfs nog voordat zeker is dat een dergelijke transactie zal plaatsvinden) bij alle transactiepartijen take-over teams worden gevormd, bestaande uit juristen, bedrijfskundigen, economen en fiscalisten. Zolang het proces niet wordt afgebroken, gaan de transactiepartijen achtereenvolgens een reeks overeenkomsten met elkaar aan. Enkele voorbeelden daarvan zijn een confidentiality agreement en stand still agreement. Wanneer de onderhandelingen eenmaal enige vorm beginnen te krijgen, kunnen de partijen met elkaar een letter of intent aangaan waarin afspraken worden vastgelegd welke kunnen variëren van een aantal basisafspraken tot en met een bijna volledig pakket van afspraken betreffende de voorgenomen transactie. Die letter of intent vormt voor een belangrijk deel de basis voor het uit te voeren due diligence onderzoek waarmee de transactiepartijen (en met name de kopende partij) zich er van trachten te vergewissen dat zich geen 'lijken in de kast' bevinden. Indien de partijen hierna de transactie nog steeds willen voortzetten, moet onderhandeld worden over de inhoud van de purchase agreement, waarbij naast de prijs ook zaken zoals de (ontbindende) voorwaarden, representations en warranties aan de orde komen. Dit hele traject van initiatief tot en met closing date vergt dus veel expertise om de belangen van alle stakeholders, inclusief aandeelhouders en werknemers, zo goed mogelijk te behartigen.

Afhankelijk van de aard van de fusie of overname kunnen ook andere juridische aspecten meespelen, zoals:
  • Europese of Nationale mededingingswetgeving;
  • Medezeggenschapsrecht;
  • Rechten van werknemers die - al dan niet - overgaan van de ene naar de andere onderneming;
  • Bijzonderheden in het geval van grensoverschrijdende fusies;
  • Biedingsberichten en andere openbaarmakingen;
  • Uitbrengen van een verplicht bod;
  • Bevoegdheden van het bestuur in zake een (voorgenomen) fusie;
  • Rechten en plichten van de AVA;
  • Rechten van, en procedures ten aanzien van, minderheidsaandeelhouders;
  • Contractsbelang in het geval onderhandelingen worden afgebroken;
  • Fusiegedragsregels.
Enkele relevante rechtsbronnen zijn: de 10e richtlijn, 13e richtlijn, WFT, BOB, BW 2, BW 7, WOR en Mw.

Relevante jurisprudentie bestaat onder meer uit het Sevic-arrest (2005), de BKC-uitspraak (2007), de OK uitspraak inzake Breevast (1999) en HR/2000 + OK/2001 inzake LVHM/Gucci.

                    



Telefoon: +31 (0)6 3300 4094      E-mail: info@vansomeren.com